Wetenschappelijke ontwikkelingen als nanotechnologie, sleutelen aan het menselijk genoom (HGE) en kunstmatige intelligentie (AI) kunnen veel voor onze gezondheid en ons dagelijks leven betekenen. Toch zijn sommigen sceptisch als het om technologische vooruitgang gaat. Hoe komt dat? Een belangrijke vraag waarnaar psychologen aan de uvA en de RU onderzoek deden. In totaal namen ruim 600 mensen aan het onderzoek deel. Zij beantwoordden vragen over hun opvattingen over de vooruitgang in nanotechnologie, HGE en AI– afhankelijke variabelen. Als onafhankelijke variabelen werd gevraagd naar religiositeit, politieke kleur, spiritualiteit, weerzin tegen ingrijpen in de natuur (ATN), algemeen vertrouwen in en kennis van wetenschap, en geloof in complottheorieën. Alle onafhankelijke variabelen bleken sterk met de afhankelijke variabelen te correleren. Hoe hoger de score op religiositeit, spiritualiteit, geloof in complottheorieën en ATN, hoe sceptischer ten aanzien van nanotechnologie, HGE en AI. Voor algemeen vertrouwen in en kennis van wetenschap gold het omgekeerde. Politieke kleur hield in de eerste studie geen verband met de afhankelijke variabele, in de tweede wel: hoe conservatiever, hoe sceptischer. Controleer je voor wetenschappelijke kennis, politieke kleur en religiositeit, dan is spiritualiteit nog steeds een essentiële factor, op alle drie de thema’s. Geloof in complottheorieën voegt niets toe, ATN wel: hoe groter de weerzin tegen ingrijpen in de natuur, hoe sceptischer. Het omgekeerde gold voor vertrouwen. Dit vertrouwen verklaart bovendien het verband tussen spiritualiteit en scepsis. Hoe spiritueler, hoe minder vertrouwen in de wetenschap en hoe groter de scepsis
Bron: Većkalov, B. et al. (2023) Who Is Skeptical About Scientific Innovation? Examining Worldview Predictors of Artificial Intelligence, Nanotechnology, and Human Gene Editing Attitudes. Science Communication, 45:3,£337-366.
Beeld: Shutterstock